. Opkomende druivenrassen was het thema van een inleiding die de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Wijnhandelaren liet verzorgen door Jacques Lurton. Het thema kwam niet helemaal – of helemaal niet – uit de verf, want de Fransman behandelde vooral de cultuur en bereiding van door hemzelf geteelde of gekochte druivenrassen, waaronder overbekende als chardonnay, sauvignon blanc en merlot. Toch was het een boeiende lezing, omdat Lurton veel wetenswaardigs vertelde uit zijn internationale praktijk.  Witte viognier omschreef hij als een warm-klimaatdruif die echter niet te vroeg geplukt mag worden, omdat zijn wijn anders te hard, te tanninerijk wordt. In Zuid-Frankrijk liet Jacques – die toen nog hecht samenwerkte met zijn broer François – viognier dan ook oogsten als de vruchten begonnen uit te drogen. Over Argentijnse torrontés uit tangloland Argentinié kregen de aanwezigen te horen dat deze muskaatachtige variëteit enorme rendementen kan geven, tot 250 hectoliter per hectare. De beste wijnen krijg je echter bij pakweg 80 hectoliter per hectare. Bij alle druivenrassen worden kwantiteit en kwaliteit sterk beïnvloed door de gemid-delde temperatuur in de streek waar ze groeien. In een relatief koel gebied, als Jacques’ geboortegrond Bordeaux, moet je van cabernet sauvignon hooguit 60 hectoliter per hectare oogsten. Maar in warmere regio’s en landen, als Chili en Argentinië, ‘krijg je eenzelfde kwaliteit druiven bij ongeveer 100 hectoliter’. We leerden ook dat Chili’s carmenère geen mutant is van merlot, zoals vaak wordt gedacht, maar van cabernet sauvignon. En dat Argentijnse malbec verschilt van de Franse (onder meer veel aangeplant in Cahors), alleen al omdat de Zuid-Amerikaanse variant rode wijnen geeft met meer kleur.   Het ras waaraan Jacques de meeste aandacht schonk, was de terret, een witte druif uit de Languedoc. Deze hoog renderende variëteit werd daar vroeger vooral gebruikt voor vermouth, en ook zoet gevinifieerd. Jacques Lurton was de eerste om er een droge wijn van te maken. Het was hem namelijk opgevallen dat er overeenkomsten zijn tussen terret en muscadet (melon de bourgogne): flink wat zuren, relatief weinig alcohol en van huisuit niet echt aromatisch. Met als extra probleem dat terret gevoelig is voor rotting. Alleen met de nodige techniek zou van terret een aantrekkelijk product kunnen worden vervaardigd – en dat gebeurde. Klaring van de most, het toevoegen van zorgvuldig geselecteerde gekweekte gistcellen, een langzame, koele gisting, een lagering sur lie en het goeddeels voorkomen van oxidatie kunnen leiden tot een zeer genietbare wijn. Een van de schaarse pure terretwijnen op de Nederlandse markt is de Terret de la Chevalière 2010 van Laroche. Deze Zuid-Franse creatie heeft een opwekkende smaak met fris citrusfruit en een snufje specerijen: genoeglijk gezelschap op een warme zomerdag. Hij wordt gewoonlijk verkocht voor €6,50 en verkoopadressen kunnen worden opgevraagd via www.weetvanwijn.nl.

 

. Dan nu aandacht voor een zeldzame blauwe druif. Naar verluidt dronk Livia, de vrouw van keizer Augustus, dagelijks een wijn waarmee ze 86 werd, een voor die tijd zeer hoge leeftijd. Deze keizerinnewijn bestaat nog steeds, is genoemd naar zijn druif en heet Teran. Zijn bakermat is de westzijde van het hartvormige, grotendeels Kroatische schiereiland Istrië. Er heerst een subtropisch klimaat en het landschap is rijk aan reliëf.   Ter plekke gaat het verhaal dat Jules Verne tijdens zijn verblijf daar dankzij het drinken van Teran geïnspireerd werd voor zijn in 1870 verschenen Twintigduizend mijlen onder zee. Een andere inpiratiebron kan een gat in de aardkorst zijn geweest; dit is zeker een kilometer diep en ligt bij het centrale dorp Pazin, waar de Franse auteur verbleef (zie bovenste foto). Het is toevallig ook in Pazin dat anno 1947 het oudste nog bestaande wijnbedrijf van Kroatië werd gesticht, Istravino. De grond ter plekke bevat veel ijzer en heeft dus een rode kleur. Het is aan deze terra rossa dat de druivensoort teran zijn naam ontleent. Elders, zoals in Noord-Italië, wordt deze variëteit refosco genoemd of ook wel refosk, maar als hij niet groeit op rode grond smaken zijn wijnen anders. Een authentieke Teran van Istrië heeft namelijk een geheel eigen karakter. Mijn eerste glas herinner me ik me daarom nog goed. Ik dronk het ter plekke in het op een heuvel prijkende, Middeleeuwse wijn- en truffeldorp Motovun (zie silhouet), bij rauwe bergham met boerenbrood en boter. En proefde een anders dan andere rode wijn met haast net zulke frisse zuren als een witte.  Later, bij Istravino, leerde ik dat de blauwe terandruif van nature veel melkzuur bevat (dat overigens zachter is dan het pittiger appelzuur). Ook kenmerkend voor de gelijknamige wijn is een aroma van zure kersen, al dan niet met fruit van bessen. Beide zijn present in de De Mar Teran 2007, een twee jaar in grote fusten gelagerde Istravino-wijn waarvan de frisse, maar niet overdreven zuren ook tegenspel krijgen van wat kruidig hout. Richtprijs €8. Heel lekker bij zomerse buitengerechten, zoals gegrild vlees op een spies. Verkoopadressen via info@schermerwijn.nl.

 

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

. Je gaat niet naar Groot-Brittannië voor het weer. En evenmin voor het eten, althans dat in middenklasse hotels. Ondanks alle Jamie Olivers, Gordon Ramsays, Heston Blumenthals en andere invloedrijke koks is het eten in doorsneehotels gewoonlijk van een treurig niveau. De daar werkende chefs zouden moeten worden aangeklaagd voor liefdeloosheid.

Na de white cliffs of Dover gepasseerd te zijn, bestonden tijdens een twaalfdaagse rondreis – georganiseerd door SRC Cultuurvakanties – vrijwel alle Holiday Inns, Jury’s Inns en soortgelijke hotels alle avondmaaltijden uit liefdeloos bereide gerechten, zelden echt lekker en nimmer verfijnd noch verrassend. Met bijna altijd doorgekookte broccoli en andere groenten. Het absolute dieptepunt bereikten we in het Craiglynne Hotel, op een half uur rijden van de Schotse stad Iverness. Een karige, als zodanig onherkenbare salade niçoise (zonder zwarte olijven en ansjovis) werd gevolgd door twee dunne, bijna zwart gekookte, volstrekt smakeloze lapjes ribeye en slappe groente. De finale bestond uit warmed raspberry tart – die én koud was én geen enkele framboos bevatte (zie de foto). Ik dacht zelfs het verkeerde gerecht te hebben gekregen.  Op mijn vraag daarover reageerde de Poolse gérant door agressief te roepen dat ik toch had moeten weten dat ‘warmed’ niet ‘warm’ betekent, maar dat het taartje warm was gewéést. En zag ik niet dat de frambozen beston-den uit  jam bovenop? Tja… Voldoende stof voor een scene in Fawlty Towers. Maar goed, het weer (dat overigens verrassend goed was) en het eten terzijde, valt er in heel Groot-Brittannië visueel wél veel te genieten. Om te beginnen in Zuidwest-Engeland.

. Ooit was Brighton een mondaine badplaats waar welgestelden hun zomer doorbrachten. Maar vandaag de dag doen alleen statige panden aan die glorietijd herinneren. Zelfs beroemde pier bestaat niet meer. Hij brandde af en werd vervangen door een kleinere met minder allure. Wat bleef is de belangrijkste beziens-waardigheid, het in exotisch Oosterse stijl gebouwde Brighton Pavillon, met zijn Chinese museum, park en bijgebouwen.  Veel méér valt er te zien in Salisbury, dat een sfeerrijk centrum heeft en een imposante kathedraal. Deze verrees in vroeg-gotisch stijl, werd in één keer afgebouwd (van 1220 tot 1258, op de toren na) en heeft de hoogste spits van Engeland (123 meter). Adere Bezienswaardigheden zijn o.a. een kopie van de magna carta (opgesteld in 1215), de vroegste koorstoelen van het land, de grootste kloostergangen en de oudste mechanische klok ter wereld. Deze dateert uit 1386 en heeft vijf eeuwen gefunctioneerd.Een centraal gelegen adres om lekker te lunchen, ter com-pensatie van de komende hotelmaaltijd, is een filiaal van de Patisserie Valery, in Butcher Row. Van Salisbury is het niet ver naar Stonehenge, het fameuze monument van mysterieus vergaarde, grote staande stenen. De gedachten erachter zijn interessanter dan het eigenlijke beeld van de stenen. Want je kunt er alleen met een wijde boog omheen lopen en hebt het na vijf minuten eigenlijk wel gezien.  Veel meer valt er te beleven in Bath, onze favoriete provinciestad in het zuidwesten – en van misschien zelfs heel Groot-Brittannië. De stad ook waar Jane Austin heeft gewoond, geschreven en nu een museum heeft. Rond warme bronnen bouwden de Romeinen er een groot badhuis met tempel (te bezoeken) en er vlakbij staat een schitterende abdij waarvan de toren kan worden beklommen. Het op lage heuvels gebouwde Bath heeft bovendien enkele fraaie pleinen, waaronder Queen Square en The Circle, terwijl het prachtige Royal Victoria Park, dat ook een arboretum heeft. En dan is er nog de Royal Crescent (zie foto rechts). Dit half cirkelvormige, 112 woningen tellende complex verrees in de 18e eeuw als luxueus onderkomen voor aristocratische families. Het eerste pand fungeert tegewoordig als museum en heeft een rijk gedecoreerde eetzaal waar de Port al klaar staat. Als je vanuit Bath in noor-delijke richting rijdt, kom je al meteen in de Cotswolds. Dit is een stil gebied van lage rollende, heuvels, bossen en uitgestrekten weiden waar schapen grazen. Vrijwel precies in het midden ligt het door veel toeristen bezochte Bouton-on-the-water. Dit dorp bestaat voornamelijk uit snuisterijen-winkels, eetgelegenheden, tea rooms (mijd The Mad Hatter vanwege de matige producten en de nonchalante bediening) en de  nodige bed & breakfasts. In het lage water van een riviertje kunnen kinderen poedelen, terwijl hun ouders genieten van een picknick op het gras. In het zuiden van Engeland worden trouwens ook wijnen geproduceerd.   Een hele lekkere witte, zowaar in een supermarkt gevon-den, was de Chapel Down Flint Dry 2010, levendig, licht en fijn fruitig (citrus plus peer). Ook de bubbelende Chapel Down Brut Vintage Reserve smaakte zeer. Het was een heel aangename frisse, zacht fruitige (appel, citrus) en ook zuivere creatie. Een volgende keer verdient de desbetreffende, in Kent gelegen wijngaard beslist een bezoek.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

 

 

.  We zijn zeer zuidelijk Oostenrijk, dicht bij de Sloveense grens. En staan op een plek met een bijzonder uitzicht. Namelijk Kitzeck, dat met zijn 564 meter als het op een na hoogste wijndorp van Europa wordt beschouwd (na Visperterminen, Wallis). Rondom ligt een prachtig, stil landschap van groene, beboste heuvels waarvan de vaak steile flanken veelal met druivenstokken zijn beplant. De regio is Südsteiermark (2340 hectare, deel van Steiermark dat 4240 hectare telt), vlakbij de Oostenrijkse zuidgrens. Zoals het plaatselijke, intieme wijnmuseum duidelijk maakt, dateert de wijnbouw hier al uit de Romeinse tijd. De bekendste producent ter plekke is Weingut Wohlmuth dat met verve geleid wordt door vader en zoon, die beide Gerhard heten. Beiden hebben ook buiten de eigen streek ervaring opgedaan, senior in o.a. de Duitse Pfalz, junior in Italië, Nieuw-Zeeland en Zuid-Afrika. Hun wijngoed, waarvan de modern geoutilleerde kelder aan de voet van Kitzeck is gesitueerd, bestrijkt in Südsteiermark zo’n 60 hectare. Terwijl vrijwel overal in Oostenrijk de grüner veltliner dominant aanwezig is, vind je hem in Steiermark niet of nauwelijks. De belangrijkste witte variëteiten hier zijn welschriesling, weissburgunder (ofwel pinot blanc) en sauvignon blanc, op enige afstand gevolgd door chardonnay en gelber muskateller (muscat blanc à petits grains). Witte rassen vertegenwoordigen sowieso driekwart van de totale aanplant, die op zijn beurt een kleine tien procent van het Oostenrijkse geheel vormt. Steirische wijnen, ook die van Wohlmuth, vallen op door hun vieve frisheid en intense aroma. Gerhard junior (op de foto) verklaart waarom. ‘We heb-ben in onze streek een speciaal klimaat met enerzijds volop zon en warmte uit het zuiden en anderzijds een koele bries van de Alpen. Ook staan de druivenstokken, soms wel zestig jaar oud, geplant op zeer arme leisteengrond. Overigens vind ik dat onze wijnen hele goede voedselpartners zijn.’ Het proeven van Wohlmuth wijnen is feest voor de zintuigen. Neem alleen al de Pinot Blanc Gola 2010, energiek, opwekkend fris, aangenaam fruitig, licht mineralig en loepzuiver. Kortom, een topper in zijn soort. Richtprijs €15. Hetzelf-de geldt voor de Sauvignon Blanc 2010 van de zeer steile (78 procent, zie foto) akker Steinriegel: levendig, smaakrijk, fris en complex, met elementen van witte- en citrusvruchten, mineralen en wat kruidigheid. Deze is op €24,95 geprijsd. Maar ook de bijna grapefruitachtige, vieve Sauvignon Klassik 2010 à  €17,50 heeft klasse, net als de droge, fris druivige Gelber Muskateller Steinriegel 2010 die doorgaans €15,95 kost. In dit hoge wijndorp vind je ook een hoge kwaliteit. Verkoopadressen via info@poot.nl.

. Overigens hebben vader en zoon Wohlmuth sinds enkele jaren ook 10 hectare in het noordelijker Burgenland, waarvan ze aantrekkelijke rode wijnen maken. De Aristos 2009 bijvoorbeeld, een fraaie, vitale blend van blaufränkisch en cabernet sauvignon. Behalve flink wat fruit van bessen en zwarte vruchtjes bevat deze sappige, ferme wijn ook beheerste hout- en roostertonen want hij werd een maand of twaalf in fusten van Frans eikenhout gelagerd. Richtprijs €17,95.

 

. Ook uit de nog weer noordelijker Oostenrijkse regio Carnuntum komt een hele goede Gelber Muskateller 2010, die van Hans en Philip Grassl. Samen bewerken ze zo’n 16 hectare. De wijn is mild druivig van geur, echt droog en frissig van smaak, lekker licht (11,5 procent alcohol), zuiver en in zijn aroma voorzien van zowel druiven als citrus. Een vootreffelijk aperitief. Prijs €11,50 bij www.goodgrapes.nl.

 

. Het Franse zuidwesten is een schatkamer vol minder bekende, betaalbare wijnen. De meeste daarvan zijn rood, maar er worden toch ook enkele witte juweeltjes gemaakt, zoals Côtes de Duras. Het wijngebied met die naam grenst aan zowel de Bordeaux-regio als aan die van Bergerac. En heet naar het stadje Duras. Dit trekt nogal toeristen vanwege zijn 14e-eeuwse kasteel.  Het vergezicht vanuit dit bolwerk over de Dropt-vallei maakt duidelijk dat wijn hier niet de enige bron van inkomsten is. Want naast wijngaarden zie je ook veel weilanden en boom-gaarden. De herkomstbenaming Côtes de Duras dateert van voor de Tweede Wereldoorlog, maar kwam pas in de jaren zestig tot bloei. De ont-wikkeling van de wijnbouw is te danken geweest aan een coöperatie. Deze werd anno 1960 gesticht. Diens leden bewerken circa 1000 hectare, wat neerkomt op ongeveer 55 procent van het totaal. In het verleden maakte de Duras-streek voornamelijk halfzoete witte wijnen, maar onder aanvoering van voornoemde coöperatie werd het accent verlegd naar droge soorten. Als basisdruif hiervoor koos men de sauvignon blanc. In het Loire-dal geeft deze variëteit o.a. bekende wijnen Sancerre en Pouilly-Fumé, terwijl hij ook in Bordeaux veel staat aangeplant. Alras bleek dat de sauvignon blanc in Côtes de Duras tot opmerkelijke resultaten leidde en minstens zo succesvol was als elders in Frankrijk. Hoe succesvol, dat bewijst de Berticot Cuvée Prestige 2010, een zeer sappige wijn die volgeladen zit met citrusfruit plus een peertje, terwijl de smaak ook wat grassigs heeft, heel kenmerkend voor sauvignon blanc. Een fles kost doorgaans €7,25. Iets lichter en beduidend plantaardiger, dus echt grassig, smaakt de eveneens sappige Marquis de Berticot 2010, die drie kwartjes minder kost. Beide soorten Côtes de Duras gaan heerlijk samen met alle mogelijke soorten vis, talrijke voorgerechten en zomerse salades. Verkoopadressen via info@kwast.nl.

 

. Geboren en getogen Noorderling en wijnhandelaar Wietze Snaak onthult deze maand zijn meest memorabele wijn-spijscombinaties. Wietzes grote wens om boer te worden werd bijgesteld toen hij in aanraking kwam met ‘de handel’ en hij op 17-jarige leeftijd als jongste winkelbediende aan de slag ging bij Jos Beeres Wijnkoperij in de Goningse binnenstad. Tussendoor studeerde hij aan het HBO marketing, logistiek en management, met succes. De combinatie van wijn en handel zijn hem op het lijf geschreven. Met zijn vrouw Anouschka (samen met Wietze op de foto) kocht hij in 2007 de Jos Beeres Wijnkoperij van de Hans Hulsbergen. Naast de wijnwinkel in Groningen en inmiddels een tweede op Terschelling runt Wietze (31) zo’n zeventig websites en brengt daarmee het lekkers van de wijnwereld nog dichter, sneller en transparanter bij de consument. Bovendien organiseerde hij dit voorjaar een succesvol wijnevenement in Groningen. Wat zijn favoriete culinaire combinaties zijn? Wietze noemt er drie die hij niet kan vergeten… Ons vak met veel reizen, op onregelmatig tijden lunchen, dineren en wijn proeven zie ik als een grote luxe. Daarbij worden duizend en één heerlijke culinaire combinaties gepresenteerd en vind ik het onmogelijk de beste te kiezen. Omgeving, sfeer, jaargetijde, gezelschap, stress, ontspanning, werk – pardon, hobby – zijn factoren die altijd indirect een rol spelen. Een glas rosé in St. Tropez (zie foto onder) of op een regenachtige dag in Groningen… het maakt verschil. Dat is hetzelfde als een Juttersbitter tijdens Oerol 2011 op het stormachtige Groene Strand of tijdens seen lente in Toscane. Nooit vergeet ik de dag dat ik na tien dagen beurzen, proeverijen en elke dag uitgebreid lunchen en gangenrijk dineren bij mijn ouders thuiskwam om te eten. Op het menu: aardappels, spruitjes, saucijs en die heerlijke jus van mijn moeder, met een glas Cap. St. Martin Bordeaux 2005: een goddelijke combinatie! Dat bewijst maar weer eens dat simpel ook heel lekker kan zijn. Een andere combinatie is die ik nooit vergeet was op de dag dat ik mijn vrouw ontmoette. Ze werkte bij haar vader in restaurant De Heksenketel op Terschelling, waar ik die middag een wijnproeverij verzorgde.  De vlinders sloegen toe en ’s avonds schoof ik laat nog aan voor een hapje eten. Op de kaart één van mijn favorieten, kalfslever met spek en ui. Ondanks de vlinders werd mijn trek niet geremd en liet dit gerecht zich bijzonder goed begeleiden door de biologische Pinot Blanc van Domaine F. Engel (ik proef nog dat ronde vette van de wijn): de ‘engeltjes’ van Engel maakten het tot een hemelse combinatie. De derde smaakbeleving vond recenter plaats in Noordwijk aan Zee. Een dag voor onze tv-opnamen bij Business Class schoven Anouschka en ik ’s avonds laat maar voldaan aan in Restaurant Romanoff van Hotels van Oranje voor chateaubriand stroganoff van Noordwijkse runderhaas met een klassieke stroganoffsaus die aan aan tafel werd bereid door restaurantmanager Van Hanegem. Met als perfecte begeleider een heerlijk glas Domaine Richeaume Cuvée Tradition 2008 uit de Provence, precies waar we op dat moment aan toe waren. Tenslotte nog een zomerse tip voor aardbeien à la romanoff. Daarbij drink ik graag een rode frizzante uit Piemonte, de Vezzolano 2010, een rode warmweerwijn met maar 6 procent alcohol. Waar het in wezen om gaat? Lekker hoeft niet duur te zijn, andere factoren beïnvloeden de optimale beleving. Maar, zoals in de handel geldt: wie betaalt, bepaalt of het in de smaak zal zijn. Ofwel, wiens tong het raakt, diens smaak het maakt!


. ‘Wij oogsten altijd minder dan veertig hectoliter per hectare, want bij een hoger rendement wordt onze rode Bandol als een hooligan: sterk en stom.’ Eric de Saint-Victor, die de wijn maakt op het aan zijn familie behorende Château de Pibarnon, heeft het over de druivensoort mourvèdre. Nergens in Frankrijk is deze zo dominant aanwezig als in het dicht bij Toulon gelegen Bandol-gebied (op de foto het havenstadje Bandol).  Alle daar geproduceerde rode wijnen – er zijn eveneens rosé en witte versies – moeten voor minstens de helft uit mourvèdre bestaan. Rode Château de Pibarnon wordt meestal zelfs uit 90 procent  mourvèdre samengesteld, met de rest  grenache. Dat juist in de ruim 1400 hectare tellende Bandol-streek veel mourvèdre groeit, is te danken aan een speciaal microklimaat. De wijngaarden worden namelijk in het westen, noorden en oosten omgeven door bergruggen, met in het zuiden de Middellandse Zee. Deze beschutte ligging resulteert in extra warmte en droogte – waarbij de zeer langzaam rijpende mourvèdre zeer is gebaat. Binnen Bandol is Château de Pibarnon het hoogst gesitueerde wijngoed. Het bevindt zich op ongeveer 300 meter boven de nabije zee en kan alleen worden bereikt via een smalle, kilometers-lange slingerweg. De bezitting werd in 1977 gekocht door graaf Henri de Saint-Victor. Deze welgestelde Parijzenaar had toevallig in een regionaal restaurant Pibarnons rode 1975 gedronken, en bezocht daarna het domein om wat flessen te bemachtigen. Eenmaal gear-riveerd, hoorde hij dat Domaine de Pibarnon, zoals het toen nog heette, te koop was. De druivenakker telde toen slechts vijf hectare, en erbij stond een bescheiden hoeve. Vandaag de dag is het tienvoudige oppervlak met wijnstokken bedekt, en woont de familie in een fraai, zelf ontworpen buitenhuis dat bovenop de kelder werd gebouwd, met ernaast zowel een orangerie als een tuin in Franse stijl. Zoon Eric (foto) weet te vertellen hoe zijn rode 1993 op een blinde proeverij als ‘piraat’ werd geplaatst tussen zestien illustere Bordeaux-wijnen van dezelfde oogst. Het betrof châteaus als Angélus, Haut-Brion en Margaux. Niemand behalve Eric wist de Bandol van de beroemde Bordeaux te onderscheiden, terwijl degenen die proefden allemaal professionals waren. Dat rode Pibarnon een exceptionele kwaliteit bezit – en door velen ook beschouwd wordt als Bandols beste wijn – komt mede dankzij de samenstelling van de grond. Deze bevat een hoog gehalte aan kalksteen, met veel kiezel en soms ook klei of zand. Het is de kalksteen die de toch ferme wijn veel finesse geeft. Na een – voor Bandol verplichte – lagering in grote eiken vaten vertoont Pibarnons rode wijn al van jongs af aan een fraaie complexiteit. Bovendien heeft hij voldoende ruggengraat om minstens vijf tot tien jaar mee te gaan. Eric de Saint-Victor beveelt wel aan om zijn eenmaal rijpe rode Bandol wat lucht te geven, in het glas of in een karaf. ‘Want hij opent zich langzaam; je kunt hem beschouwen als iemand die veel ideeën heeft, maar langzaam spreekt.’ De nu beschikbare Château de Pibarnon 2005  is een wijn met karakter. Je proeft donkere tonen, kruidigheid, houtaroma’s, wat rijp zwart fruit, vaag iets bessigs, kracht (maar niet overdreven), een zachte frisheid en veel sap. Ook nog volstrekt vitaal en, zoals Eric adviseert, beslist gebaat bij decanteren. Als maatje van een gegrilde entrecôte van Iers rundvlees deed deze Bandol het perfect. Prijs €27,50. Hij is, net als de eveneens  kruidig-fruitige, uitstekende Château de Pibarnon rosé 2009, die €20,70 kost, te koop bij www.okhuysen.nl

. Wat de wijn betreft blijven we nog even in de Provence. En wel aan de voet van het door Paul Cézanne zo vaak geschilderde Montagne St. Victoire. Daar ligt namelijk een piepklein wijngebiedje, Palette. Dit telt slechts 42 hectare. Ongeveer een derde van dat oppervlak behoort aan Château Henri Bonnaud – dat eind vorige eeuw een wedergeboorte beleefde en sindsdien heerlijke wijnen voortbrengt. Waaronder de Château Henri Bonnaud 2010 rosé. De uit grenache, cinsault en mourvèdre samengestelde wijn heeft een bleke oranjetint en een stevige, zacht frisse smaak die vooral getypeerd wordt door kruiden en specerijen, subtiel aangevuld door fruittonen van sinaasappel en andere citrusvruchten, plus een vleugje rood fruit. ’t Is een echte maaltijdrosé – en per definitie zeldzaam. Prijs €16,95 bij www.vojacek.nl

. Na eerst in de Ardèche een domein gecreëerd te hebben voor Chardonnay, kocht het Bourgogne-huis Louis Latour in 1989 een Provençaals landgoed voor de productie van Pinot Noir. Als locatie werd een domein even westelijk van Aups gekozen, in het departement Var. Dit historische plaatsje geldt als de toegangspoort voor de Gorges du Verdon. De bezitting, Domaine de Valmoissine gedoopt, ligt op 500 meter hoogte. Dat heeft twee voordelen: tijdens de zomer profiteren de druivenstokken van een afkoeling ‘s nachts en in het voorjaar is de kans op vorstschade miniem. De pinot-noirvruchten rijpen gelijktijdig met die op prestigieuze Corton-wijngaarden, waar Louis Latour enkele van zijn beste Bourgogne-percelen heeft.  Ook in de Provence wordt dus eind september geoogst, met de hand. Alle factoren beschouwend is het geen wonder dat de Pinot Noir van Domaine de Valmoissine veel lijkt op een Bourgogne. Louis-Fabrice Latour, die sinds 1999 het wijnhuis leidt (als elfde generatie in het familiebedrijf en de zevende Louis, zie foto) is buitengewoon tevreden over de 2009, en terecht. Want wat ís dit een heerlijke wijn. Volgeladen met fruit – van vooral pruimen, kersen en rode vruchtjes –  lekker sappig en goed gevuld zonder zwaar of vermoeiend te zijn. Kortom, een gewoon perfecte Pinot Noir, heel verleidelijk. Prijs €10,95 bij www.heerenvanheusden.nl. Het Provençaalse wijndomein groeide overigens in ruim tien jaar tijd van 30 naar 80 hectare. Die groei is niet onlogisch, want zolang echte Bourgognes kostbaar blijven, zal er in de markt volop ruimte zijn voor redelijker geprijsde alternatieven.


. ‘Wij maken al de beste wijnen van Zuid-Afrika en willen een van de beste ter wereld worden.’ Aan het woord is André van Rensburg, de wijnmaker van Vergelegen. Vandaag gaat gekleed in een korte broek en een groezelig T-shirt met wijnspatten: zijn werkkledij. Bescheidenheid is niet zijn sterkste punt en aan conventies heeft hij lak, maar dit cum laude afgestudeerde enfant terrible van de Zuid-Afrikaanse wijnindustrie verstaat zijn vak als geen ander. Het is ook onder André’s leiding dat het in Somerset West gesitueerde Vergelegen voor het eerst opmerkelijke wijnen heeft voortgebracht, vanaf de oogst 1998. Dat werd trouwens tijd, want eigenaar Anglo American Farms heeft tientallen miljoenen rands in deze bezitting geïnvesteerd. Het was Willem Adriaan van der Stel, zoon van de kolonies eerste gouverneur Simon van der Stel, die in 1700 met wijnbouw begon op Vergelegen. Hij plantte er maar liefst 400.000 stokken. Tot 1917 is Vergelegen een wijngoed gebleven. Daarna werd de wijngaard gerooid ten gunste van gemengde landbouw. Anglo American Farms nam Vergelegen in 1986 over en liet onmiddellijk grondonderzoek verrichten om te bepalen welke druivenrassen waar moesten komen. Bovendien kreeg een Franse architect opdracht om een wijnkelder te bouwen, niet bij de prachtige, oud-Hollandse boerderij en zijn drie eeuwen oude kamferbomen, maar hoog op een nabije heuveltop. De Fransman creëerde een wit, tempelachtig complex, rond van vorm, en zo ingericht dat het wijnbereidingsproces grotendeels via zwaartekracht verloopt. Het ge-bouw wordt omgeven door een reliëfrijke wijngaard waar uitsluitend nobele variëteiten te vinden zijn. Dankzij de nabije oceaan doet een zeebries ‘s zomers de middag- en avondtemperatuur dagelijks dalen, wat de aromavorming in de vruchten ten goede komt. André van Rensburg verwerkt alleen ‘volstrekt rijpe’ druiven. De rijpheid van het fruit wordt niet analytisch gemeten, maar door te proeven, op het land. Vooral zijn betere wijnen streeft Van Rensburg  naar een eigen identiteit: ‘Wij willen geen enkele andere wijn imiteren.’ Zijn persoonlijke witte favoriet is de Sauvignon Blanc Reserve van de akker Schaapenberg. De jaargang 2010 smaakt heel levendig en biedt schakeringen van zowel asperges als kruisbessen en bladgroen. Richtprijs €19,95.  De in nieuwe vaten vergiste Chardonnay Reserve 2009 wordt gedomineerd door toast, karamel en limoen; zijn structuur is stevig, maar zijn smaak niet te zwaar. Per fles €22,95. De mooiste, meest geroemde witte wijn heet simpelweg Vergelegen. De 2008 werd gecomponeerd uit 52 procent sauvignon blanc (ook weer van de Schaapenberg) en de rest sémillon. André liet de de wijn eerst gisten en daarna twaalf maanden rijpen in nieuwe fusten van Frans eikenhout. De complexe, vieve smaak bevat aspecten van asperges, citrus en mineralen, in combinatie met rokerige roosteraroma’s. Prachtig gewoon. Prijs €34,50.  Een in zijn soort fraaie rode wijn is Cabernet Sauvignon Reserve 2005 die meer dan anderhalf jaar in Franse fusten heeft doorgebracht. Hij bezit veel smaak, met rijpe cassis, zachte tannines, kruiden, toast, specerijen en een hint van laurier. De €24,75 kostende wijn bevat overigens wat cabernet franc en merlot. Ook de Merlot Reserve 2006 is heerlijk, mede dankzij nuances van laurier, zwarte vruchtjes, besfruit en toastachtig hout. Deze kost €22,95, wat eveneens geldt voor de imponerende Shiraz Reserve 2006, een sappige, soepele wijn enerzijds ferm, ander-zijds met een zijdeachtige zachtheid. En waarin zwart fruit, bessen, kruiden, specerijen en houtfacetten fraai met elkaar verkeren. Maar wat Vergelegens rode wijnen betreft wordt de show toch gestolen door de Vergelegen 2004, een compositie van 75 procent cabernet sauvignon, 20 procent merlot en 5 procent cabernet franc. ‘Dit’, roept André, ‘is Vergelegen in vloeibare vorm’. De vlezige, twee jaar in nieuwe Franse vaten gelagerde wijn charmeert door zijn royale zwart fruit, in combinatie met elementen van koffie, cacao, kruiden en specerijen. Voor €41,50  is het een van de allerbeste, meest complexe wijnen die Zuid-Afrika voortbrengt, een wijn ook met gewoonlijk een decennium of twee rijpingspotentieel. ‘Mijn boodschap aan de eigenaren is: plant meer, plant meer, want dan veroveren wij de wereld’, zegt Van Rensburg nog. Zo te proeven lijkt dat advies heel terecht. Verkoopadressen via info@activin.nl.

 

Louis Pasteur, de beroemde wetenschapper, werd geboren in de Franse Jura en was degene die ontdekte dat de suikers in druivensap door gistcellen werden omgezet in alcohol en koolzuurgas en daardoor wijn ontstaat. Pasteur had een eigen wijngaardje in Arbois – en dat bestaat nog steeds. Het telt 47,5 are en is sinds 1942 beplant met vijf verschillende druivenrassen waarvan een witte wijn wordt gemaakt door Henri Maire. Deze Arbois is geen hemelbestormer, waar wel genietbaar. En héél zeldzaam, want men verhandelt hem niet. Het etiket komt uit de grote verzameling van Bert Wentzel.

 

*

Disclaimer. Alle afgebeelde foto’s op deze website zijn afkomstig van de auteur zelf of werden rechtenvrij c.q. met toestemming verkregen van wijnproducenten, wijnorganisaties, wijnhandelaren, promotiebureaus, streek- en landenorganisaties, toeristenbureaus en andere betrokkenen.